Als een van de partners de eigen woning verlaat, heeft dit gevolgen voor de eigenwoningregeling. Fiscaal gezien wordt de woning voor de vertrekkende partner nog maximaal twee jaar lang als eigen woning aangemerkt (scheidingsregeling). De twee jaars termijn gaat lopen zodra de partner de woning duurzaam verlaat. Wie van de partners het eigenwoningforfait en de aftrekbare rente in die periode moet aangeven en hoe, hangt af van de juridische eigendomsverhouding en de juridische schuldverhouding. In gemeenschap van goederen is dit 50/50, bij huwelijkse voorwaarden kan de eigendomsverhouding anders liggen.
Verlaat je de woning dan moet je jouw aandeel in het eigenwoningforfait opgeven, maar dit aandeel kun je ook weer in aftrek brengen als betaalde alimentatie. Afhankelijk van jouw aandeel in de eigenwoningschuld kun je de eigenwoningrente aftrekken. Betaal je meer dan is dit meerdere aftrekbaar als betaalde alimentatie. Bij de blijvende partner is dit deel belast als ontvangen alimentatie.
Twee jaar na vertrek uit de woning stopt de eigenwoningregeling. Voor de vertrekkende partner betekent dit dat het aandeel in de eigen woning en in de schuld verhuizen naar box 3. De rente is dan niet langer aftrekbaar. Het is dan ook verstandig om binnen twee jaar de scheiding af te ronden. Ook de bij leen regeling komt dan om de hoek kijken.
Let op: de tweejaarstermijn stopt zodra ook de achterblijvende partner de woning verlaat. In de praktijk staat de woning dan vaak leeg te koop, zodat nog gebruik kan worden gemaakt van de verhuisregeling.
Zoals u merkt komt er bij een echtscheiding nogal wat kijken en zijn er veel zaken die geregeld moeten worden. Het zijn beslissingen waarover u eerder niet hoefde na te denken en dat kan natuurlijk voor onrust zorgen. Daarnaast spelen de emotionele aspecten uiteraard ook nog een rol.
Tremanormen.nl kan u tijdens het echtscheidingsproces bijstaan op juridisch, financieel en fiscaal gebied. Neem gerust telefonisch op 074 – 250 72 73 of per email contact met ons op voor een vrijblijvend oriënterend gesprek òf wanneer u concrete vragen hebt. Zo krijgt u op het praktische vlak in ieder geval alvast een stuk rust en zekerheid terug.